Pantoffeldiertjes (Paramecium bursaria) in een elektrisch veld |
Datum: November 2023
Inleiding:
Het klassieke beginners microscopie experiment. |
Materiaal:
|
|
|
|
Uitvoering:
Pantoffeldiertjes kweken | |
Een voorbereiding die men ruim van tevoren moet opstarten is het
opkweken van pantoffeldiertjes. De basis daarvan is dat men eerst
een vloeibare bacteriecultuur maakt (bv door gedroogde koolraap
stukjes in water te laten "rotten") waarin men na blootstelling aan
de lucht na enige tijd eencelligen waaronder pantoffeldiertjes vindt. Men kan de pantoffeldiertjes proberen te isoleren in een
apart flesje waaraan men een rijst- of graankorrel heeft toegevoegd.
Zorg ervoor dat het flesje niet helemaal gesloten is zodat zuurstof
naar binnen kan dringen. Het gemakkelijkste is echter een hooicultuur te maken en daar wat pantoffeldiertje uit te vissen |
|
Constructie van het objectglas met elektrodes | |
|
|
Paremecium blootgesteld aan elektrisch veld | |
|
|
Observeer een monster van de parameciumoplossing ook onder de normale microscoop |
Resultaten:
Paramecium bursaria niet blootgesteld aan elektrisch veld | |
YouTube link: Pantoffeldiertjes |
|
Paramecium bursaria blootgesteld aan elektrisch veld | |
YouTube link: Pantoffeldiertjes |
|
Paramecium bursaria onder een lichtmicroscoop | |
YouTube link: Paramecium bursaria |
|
Microscoop: Euromex ML2000 Vergroting: 12.5 x 10 Camera: Lucky Zoom, 5 Mp |
|
Discussie:
Het pantoffeldiertje waar we mee experimenteren, Paramecium bursaria, is een bijzonder pantoffeldiertje. Het is de gastheer van een endosymbiont, een groenalg van het geslacht Chlorella. Zoals men aan de foto kan zien kunnen per diertje honderden endosymbionten aanwezig zijn. Deze hebben elk een eigen vacuole. Ze voorzien de gastheer van suikers en maken fotoautotrofe levenswijze mogelijk. De symbiose is facultatief: beide partners kunnen onafhankelijk van elkaar groeien, maar de gastheer kan de endosymbiont weer opnemen, nadat deze verloren is gegaan, bijvoorbeeld doordat de endosymbiont door de gastheer is verteerd tijdens het leven in het donker. |
Het gedrag dat we observeren als we de paramecia blootstellen aan een elektrisch veld heet "negatieve galvanotaxis". De paramecia bewegen naar de negatieve pool (kathode). De stroom schijnt het elektrochemisch proces dat de paramecia voor hun voortbeweging gebruiken te beïnvloeden. Het effect is ontdekt door Mav Verworn in 1889. |
Opmerkingen:
|
Literatuur:
Relevante websites:
Minder relevante websites: |
Achtergrondinformatie: |
Het zelf kweken van pantoffeldiertjes gaat heel gemakkelijk met in kleine stukjes gesneden koolraap. Omdat we voor een kweek geen hele koolraap nodig hebben, is het – op een paar kleine stukjes na voor het opzetten van de kweek – handig de rest in de zon of op een andere manier te drogen om dat later bij een volgende kweek weer te kunnen gebruiken. Je neemt dus een paar blokjes koolraap, doet ze in bijvoorbeeld een grote inmaak- of augurkenpot en vult die met aquariumwater en een pietsje modder uit een sloot of een restant plantenwater uit een sierpot of van een potschotel. Na enige dagen hebben de diertjes zich behoorlijk vermeerderd. De fles of pot met daarin de opgezette kweek moet wel in het licht staan, maar een te zonnige plek kan de vermeerdering remmen. Ook is het raadzaam dit niet in de huiskamer te doen; de inhoud van de fles heeft niet bepaald de geur van rozen. Het ‘oogsten’ is niet al te moeilijk. Je vult een fles met een lange hals tot ongeveer halverwege de hals met de kweekvloeistof, dan stop je daarin een natgemaakte prop watten. Die moet de kweekvloeistof raken. Dan de fles tot aan de rand vullen met schoon water. Omdat de diertjes maar al te graag naar het licht trekken, is het raadzaam de onderkant af te dekken met bijvoorbeeld een stuk donker papier. Na een poosje zullen de pantoffeldiertjes zich door de wattenprop naar het licht hebben gewrongen en in het schone water zwemmen. Je kunt ze dan makkelijk afzuigen met een injectiespuit (zonder naald) of een pipet. |
Literatuur:
|
Pantoffeldiertjes (Paramecium) behoren tot de wimperdiertjes omdat het lichaam van deze eencelligen door duizenden miniscule haartjes is bedekt. Daarmee roeien ze door het water en draaien ze voedsel (groenwiertjes, bacterien maar ook andere trilhaardiertjes) naar zich toe. Hoewel het eencellige wezen zijn zijn ze al verder gereorganiseerd dan amoebes. Men kan organellen waarnemen binnen het pantoffeldiertje. In het protoplasma ziet men regelmatig een paar blaasjes verschijnen, een bij de voorkant van het dier een bij de achterkant. Elk blaasje wordt langzamerhand groter en verdwijnt dan. Het celmembraan is even uitgeweken en de excretiestoffen en water hebben de cel verlaten. Het beurtlings ineenkrimpen en opzwelling heet "kloppende vacuole". De celmond geeft door zijn schuine overlangse vorm de de pantoffelvorm aan het diertje. Het voedsel wordt ingesloten in de voedselvacuole. Onverteerbare voedseldeeltje s worden uit de voedselvacuolen rechtstreeks door het celmembraan uitgestoten. Dit gebeurt steeds ongeveer op dezelfde plaats, zodat men spreekt van de cel-anus. |
03/01/2024