Draden uit een spinnenweb onder de microscoop

Datum:  Oktober 2023 - Oktober 2024

Inleiding:

Je loopt plotseling door zulk een web heen en denkt toch eens beter kijken. Daarna bleef het een tijdje liggen tot ik me bedacht dat ik dit projectje eens af moest maken.

Materiaal:

  • Microscoop
  • Objectglaasjes
  • Dekglaasjes
  • Spinnenweb
  • Plakband
  • Microscoopcamera
  • Computer met de benodigde software (stacking en voor camera)

Uitvoering:

  • Neem een objectglaasje en trek het door de draden van een spinnenweb
  • Leg het objectglaasje in eerste instantie zonder dekglaasje onder de microscoop en bestudeer
  • Plaats daarna een groot dekglas en zat dat vast met stukjes plakband

Resultaten:

Preparaat
Microscoop: Euromex ML 2000
Camera: Luckyzoom YW500 HD 5MP USB Cmos Electronic Digital Eyepiece,
Gebruikte objectieven:
  • 10x (Euromex S. Flat Field 10 0.25 – 160 0.17 DIN)]
  • 4x (Euromex S. Flat Field 14/0.10 – 160 0.17 DIN)

Bevochtigde spinnendraad (10x objectief).Deze laat de lijmdruppeltjes goed zien.

In onderstaande foto's kan men zien dat er meerdere typen draden gebruikt worden in een spinnenweb (4x en 10x objectief))
Gestackte foto.
Sommige van de dikkere draden laten een structuur zien (4x).
Dunnere draden lichten onder gepolariseerd licht op,
Licht Gepolariseerd

Discussie:

Oktober is het seizoen waar spinnen zich voorplanten en ik me bedacht dat ik nog nooit een draad uit een spinnenweb onder mijn microscoop bestudeerd had. Spinnendraad is in feite zijde die opgebouwd is uit vele aaneengeregen moleculen van het eiwit fibroïne. Bij spinnen zijn de gesponnen draden zeer sterk omdat de verschillende moleculen fibroïne op vele plaatsen met elkaar verbonden zijn. De draden van het web zijn niet volledig met lijm bedekt, maar met druppels. De verklaring hiervoor is dat de draad gecoat is in aminozuren die water aantrekken. Als het water zich verzamelt in kralen trekken deze de lijn aan waardoor deze strak blijft. Op draden die lijm bevatten loopt de spin als het ware tussen de lijmdruppels door.

Opmerkingen:

  • Ik gebruik Picolay als stacking software

Literatuur:

  • M. Chinery; "Op onderzoek in de natuur"; Het Spectrum; 1978; ISBN 9027492107; p. 104,105.
  • N. Baker; "De natuurdetective"; Tirion natuur; 2006; ISBN 905201624x; p. 166-172.
  • W. Meyer et al; "Doe mee met de natuur"; Gaade Amerongen; 1978; ISBN 9060178297; p.98.

Relevante websites:

Minder relevante websites:

Achtergrondinformatie:
 

Fibroïne is bijzonder rijk aan alanine en glycine. Op het moment dat fibroïne in een spinklier tot een zijdevezel wordt gesponnen, krijgen de alanineregio’s een vouwbladstructuur. Tussen de vouwbladstructuren die behoren tot verschillende fibroïnes, ontstaan waterstofbruggen. Hierdoor worden de fibroïnes stevig aan elkaar gelinkt: de fibroïnemoleculen polymeriseren. In het steeds dunner wordende spinkanaal wordt daarbij alsmaar meer water van tussen het fibroïne geperst, zodat uiteindelijk de zijde als een echte draad de spinklier verlaat.

De aminozuren van de glycinerijke gebieden van het fibroïne vormen spiralen en zijn vergelijkbaar met microscopische veren. Ze kunnen de rekbaarheid van spinnendraden, die, het grootst is in de vangdraad, verklaren op het niveau van de fibroïnemoleculen. Het aantal glycinerijke gebieden in de vangdraad is daarom veel groter dan in de sleepdraad.

 
Het web
Het bekendste type web is het wielweb maar daarnaast zijn er oom andere typen webben zoals matten, cocons, bekleding en schuilplaats.

Bij de constructie van het wielweb is het moeilijkste gedeelte de eerste constructiedraad, een stevige horizontale draad waaraan het web komt te hangen. Om die draad te kunnen spannen maakt de spin gebruik van de luchtstroming en toeval, de draad wordt weggeschoten en toeval bepaalt of deze vast blijft plakken.

Tekeningen door Samuel Zschokke

26/10/2024