Bepalen van de
gravitatieconstante |
Datum: april 2006
Principe:
M.b.v. een slinger en een webcam en bijbehorende software voeren we de slingerproef uit waaruit we dan de waarde van g bepalen. |
Materiaal:
|
|
Uitvoering:
|
YouTube link: Slingerproef |
Meetresultaten en uitwerking:
De resultaten zijn opgeslagen in de file slinger.xls. |
Gemiddelde voor g: 9.65 m/s2
Discussie:
We berekenen g met de formule die we hier
beneden in achtergrondinformatie afgeleid hebben:
Volgens de tabellen is de waarde voor g die we moeten vinden: 9.81 m/s2.We vinden (niet helemaal eerlijk gemiddeld) een waarde van 9.65 m/s2. Bekijken we de "gevoeligheden" in de gebruikte formule dan blijken er maar 2 echte variabelen in te zitten nl de trillingstijd en de koordlengte. Spelen we even met beide dan zien we de de grootste gevoeligheid in de trillingstijd zit. De resultaten laten ook zien dat we dan 19 frames en dan 20 frames meten hetgeen aangeeft dat de echte waarde daar waarschijnlijk tussenin zit. Indien we g berekenen uitgaande van 19.5 frames komen we inderdaad op een waarde van 9.81 m/s2 uit. Dit geeft aan dat onze methode om de slingertijd te bepalen niet nauwkeurig genoeg is. Om dit met een webcam nauwkeurig te kunnen doen zouden we het aantal fps moeten verdubbelen naar 30 fps. In het hier uitgevoerde experiment hebben we de koordlengte niet veranderd, de massa aan het koord echter wel. We zien aan de resultaten dat de slingertijd onafhankelijk is van de massa die aan de slinger hangt. Dat klopt ook we als we als we naar de formule kijken, daarin staat nergens het symbool m. Kijken we naar de formule dan zien we dat de slingertijd wel afhankelijk is van de koordlengte. |
Conclusie:
|
Opmerkingen:
|
Literatuur:
Relevante websites: Minder relevante websites |
Achtergrondinformatie:
Als
een punt periodiek dezelfde baan in de ruimte doorloopt zeggen we dat het punt
een trilling (of oscillatie) uitvoert.
De
harmonische beweging kan afgeleidt worden uit een eenparige cirkelbeweging.
De
fase van een trillend punt is het quotiënt van de tijd, verlopen sinds een
bepaalde doorgang door de evenwichtstoestand en de trillingstijd: j
= t/T De
snelheid van een harmonische trillingen kunnen we afleiden uit de
differentiaalvergelijking:
De
versnelling van een harmonisch trillend punt kunnen we ook weer mbv een
differentiaalvergelijking afleiden:
Omdat
de versnelling steeds het gevolg is van een kracht die op een massa werkt en die
massa daardoor een versnelling heeft geldt:
c
noemen we de veerconstante. Hieruit
volgt dat:
Dit
is de trillingstijd van een veersysteem. Een ander voorbeeld is de mathematische slinger.
Uit de formule van de slingertijd kunnen we afleiden dat de periode van een slinger alleen maar afhankelijk is van de lengte van de slinger en de gravitatieconstante. Ook speelt de amplitudo niet een bijzonder grote rol zolang deze relatief klein is (sinusbenadering moet blijven gelden). Deze afhankelijkheid maakt het mogelijk de slinger als klok te gebruiken. Galileo was de eerste die opmerkte dat de periode van een slinger onafhankelijk is van zijn amplitudo. Geologen maken gebruik van een slinger als ze op zoek zijn naar olie en mineralen. Afzetting beneden het oppervlak van de aarde kunnen afwijkingen in de gravitatieconstante veroorzaken. Door gebruik te maken van een speciaal ontworpen slinger van bekende lengte wordt de periode gemeten, die dan weer gebruikt wordt om g te berekenen. |
17-01-2017