Chemische Tuin |
Datum: augustus 2002
Principe:
Silicaatkristallen van verschillende metaalzouten in waterglas. |
Materiaal:
|
|
Uitvoering:
|
Resultaat:
|
Discussie en conclusie:
Dit is een klassiek demonstratie experiment. Een colloïdaal semi-permeabel membraan vormt zich rond elk zout. Water dringt deze 'zak' binnen waarbij de geconcentreerde oplossing verdund wordt. De 'zak' breekt naar boven open aangezien de waterdruk van de zijkanten groter is dan van boven. Er stroomt dus weer zout naar buiten; dit vormt weer een blaasje; het water stroomt in het blaasje enz. De groei is daarom omhoog en een kristal kan uitgroeien tot een boom of een struik. De kleuren die gevormd worden zijn blauw (koper of kobalt), rood-bruin (ijzer), groen (nikkel), wit (zink). Voor b.v. Kopersulfaat betekent dit: CuSO4 + Na2SiO3 --> Na2SO4 + CuSiO3(i) Voor ijzer betekent dit: 2 Fe3+ + 3 SiO32- <=> Fe2(SiO3)3(i) Het Kalium hexacyanoferraat dat we toegevoegd hebben leidt echter niet tot groei van de kristallen. De verklaring daarvoor is relatief eenvoudig. In oplossing hebben we niet te maken met Fe3+ ionen maar met het Fe(CN)63- complex ionen die een negatieve lading hebben. Met Ijzerchloride of IJzernitraat zou het dus wel moeten lukken. |
Opmerkingen:
|
Literatuur:
Relevante websites: |
Achtergrondinformatie:
Een iets meer gedetailleerde
verklaring: Volgens Alders (4de druk, p. 26) worden de volgende kleuren geproduceerd bij een bepaald zout.
|
18-01-2017