Zilverchloride en ammonia |
Datum : februari 2004
Principe:
De oplosbaarheid van een neerslag beïnvloeden m.b.v een complexvormingsreaktie die op zijn beurt weer beïnvloedt wordt door een zuur-base reactie |
Benodigd:
|
Werkwijze:
|
Resultaten:
Alleen NaCl |
AgNO3 toegevoegd | NH3 toegevoegd |
Na het toevoegen van AgNO3 aan de zoutoplossing vormt zich een neerslag van zilverchloride (AgCl). Dit neerslag verdwijnt weer, lost dus op, na het toevoegen van ammonia (NH3). |
Discussie:
Op basis van de waarnemingen kunnen we
nu het volgende reactieschema formuleren.
Neerslagvorming: Bij een
slecht oplosbaar zout MZ vindt de volgende evenwichtsreactie plaats: (MZ)s
<=> M+ + Z- In evenwicht
zal dan:
Aangezien bij
afspraak de activiteit van een vaste stof 1 gesteld is, wordt dit: K = aM+aZ- Het product
van de activiteiten der ionen in een verzadigde oplossing is voor een bepaalde
temperatuur constant. Deze constante, het oplosbaarheidproduct, wordt bij
neerslagen niet aangeduid met K, maar met L (Löslichkeitsprodukt) of S (solubility
product). Bij ideale oplossingen kunnen de activiteiten door concentraties
vervangen worden: S = [M+][Z-] We leven in een reëel universum dus:
We hebben nu een vergelijking voor de [NH3] die we in de oplosbaarheidsvergelijking kunnen pluggen maar die niet erg praktisch is en ook nog de [Ag+] bevat. Ook deze oplossing voldoet dus niet. De enige oplossing die ik momenteel kan bedenken is om bij elke pH en elke cNH3 eerst te berekenen hoe groot dan de [NH3] kan zijn waarbij we de complexvorming in eerste instantie negeren. Op dit moment lukt het me echter niet.Dat was in februari. Ondertussen weet ik wel welke gedachtefout ik gemaakt heb. De fout die ik in mijn denken gemaakt hebt is dat ik de pH en de cNH3 als onafhankelijke variabelen te beschouwde. Dat is echter niet zo. De cNH3 bepaalt mede met welke pH ik te maken heb, indien ik met een andere pH te maken heb dan maak ik deze door een zuur of base toe te voegen. Dit heeft weer als gevolg dat ik mijn vergelijkingen moet aanpassen en ik dus met andere vergelijkingen te maken krijg dan ik hierboven geschetst heb. Je kunt dus wel de oplosbaarheid als functie van cNH3 uitrekenen. Door eerst aannames te doen m.b.t. de beschikbare concentraties die we achteraf dan controleren |
Conclusie:
De oplosbaarheid van een stof wordt sterk beïnvloedt door anders stoffen waar het een reactie mee kan aangaan en zo de evenwichtsligging kunnen beïnvloeden. |
Opmerkingen:
|
Literatuur:
Relevante websites: |
Achtergrondinformatie:
AgNO3 = zilvernitraat | x = [H3O+] | AgCl : pS = 10 |
AgCl = zilverchloride | y = [OH-] | NH3: pKb = 4.8 |
NH3 = ammonia | c = concentratie (M) | K1 Ag(NH3)+ = 103.3 |
NaCl = natriumchloride | K2 Ag(NH3)2+ = 103.9 |
18-01-2017